Justitie - Gedwongen opname

WAT IS EEN BESCHERMINGSMAATREGEL?

In bepaalde omstandigheden kan een persoon met een geestesziekte gedwongen opgenomen worden in een psychiatrische afdeling.

De wet van 26 juni 1990 betreffende de bescherming van de persoon met een geestesziekte bepaalt dat een dergelijke maatregel slechts kan worden toegepast indien gelijktijdig aan de volgende 3 voorwaarden is voldaan:

  • De persoon lijdt aan een geestesziekte,
  • De persoon is een gevaar voor zichzelf of anderen,
  • Er zijn geen andere zorgalternatieven.

Met andere woorden, gedwongen opname in een ziekenhuis kan alleen gerechtvaardigd zijn wanneer de betrokkene een ernstige psychiatrische stoornis vertoont die een ernstige bedreiging vormt voor zijn gezondheid en lichamelijke integriteit of die van anderen, en wanneer er in het verzorgingscircuit of in de omgeving van de betrokkene geen alternatieve, op zijn behoeften afgestemde zorg voorhanden is. Therapeutische begeleiding thuis en/of in de woonomgeving verdient zoveel mogelijk de voorkeur.


WIE BESLIST OVER EEN DERGELIJKE MAATREGEL EN WAT ZIJN DE PROCEDURES?

Voor niet dringende verzoeken tot gedwongen opname:

Deze beslissing wordt genomen door de vrederechter van het kanton waar de zieke woont (of de jeugdrechter voor minderjarigen).

Een verzoek moet hem worden toegezonden, vergezeld van een gedetailleerd medisch verslag dat niet meer dan 15 dagen oud is.

Om elk belangenconflict te vermijden, mag de arts die het verslag opstelt geen enkele band hebben met de patiënt of zijn verwanten.

De vrederechter zal dan binnen 10 dagen een hoorzitting plannen.

Er zal een pro deo advocaat worden aangesteld om de belangen van de betrokkene te verdedigen.

Tijdens de hoorzitting zal de vrederechter alle informatie verzamelen die nodig is om een weloverwogen beslissing te nemen.

Elke belangstellende kan een verzoek indienen, vergezeld van een gedetailleerd medisch attest. Het verzoekschrift moet worden toegezonden aan de vrederechter, die het zal behandelen tijdens een hoorzitting die binnen 10 dagen moet plaatsvinden.

Na afloop van de hoorzitting heeft de vrederechter 3 dagen de tijd om zijn beslissing mee te delen: hij kan al dan niet besluiten om de betrokkene voor 40 dagen onder observatie te plaatsen in een psychiatrische afdeling.

Indien de betrokkene dit wenst, is het mogelijk om binnen 15 dagen en met de hulp van een advocaat beroep aan te tekenen tegen de beslissing. Hierbij zij opgemerkt dat de patiënt gedurende de gehele beschermingsmaatregel zijn grondrechten en zijn rechten als patiënt behoudt.

 

Voor dringende verzoeken tot gedwongen opname:

Het verzoekschrift wordt voor onderzoek naar de procureur des Konings gezonden.

De procureur des Konings zal dan een erkende psychiatrische dienst aanwijzen om de persoon op te vangen in afwachting van de hoorzitting. Deze procedure, die wordt gekenmerkt door een onmiddellijke gedwongen opname in een ziekenhuis, kan zeer traumatisch zijn.

Ze mag daarom alleen in dringende gevallen worden gebruikt.

Brussel beschikt over de Nixon-lijn, die uniek is in België.
Dit initiatief maakt een billijke verdeling van de expertiseverzoeken onder de psychiatrische spoeddiensten mogelijk, alsmede duurzaam multidisciplinair werk en een intensieve zoektocht naar alternatieven voor gedwongen zorg voordat het gedetailleerd medisch verslag wordt geschreven.

Dit model zou elders in het land kunnen worden toegepast, aangezien het de mogelijkheid biedt de indicatie voor gedwongen opname te verfijnen en het gebruik van gedwongen opname te verminderen door middel van voorbereidend werk en de ontwikkeling van alternatieven.

Vervolgens wordt gezocht naar alternatieven voor de gedwongen zorg: door samenwerking met mobiele teams, met de eerste lijn, met het ambulante netwerk, met de familie.

De expertise maakt het mogelijk de criteria van de wet te laten beoordelen door neutrale, objectieve, opgeleide, deskundige personen.

Wij zien een afwijzing van 40% van de verzoeken tot gedwongen opname: betere indicaties en daling of stabilisatie van de gedwongen opnames.


EN NADIEN?

Tijdens de observatieperiode kan de behandelend arts, afhankelijk van de ontwikkeling van de klinische toestand van de patiënt, besluiten de maatregel op te heffen indien de toestand van de patiënt dit toelaat.

Zo niet, dan kan aan het einde van de 40 dagen observatie worden overwogen de maatregel voort te zetten.

De directie van de zorginstelling stuurt een verslag van de behandelende arts naar de vrederechter.

Er wordt dan een nieuwe hoorzitting gepland, na afloop waarvan de vrederechter kan besluiten tot voortzetting van de gedwongen opname.

Deze voorzetting mag niet langer dan twee jaar duren en kan worden georganiseerd in de vorm van postkuur, d.w.z. een therapeutische opvolging buiten het ziekenhuis.